Het maagdilatatie-torsiesyndroom een acute ziekte is waarbij de maag erg snel en heftig gaat uitzetten en van positie verandert. De maag draait rond zijn as waardoor geen evacuatie mogelijk is van lucht of vloeistof die er blijven vastzitten en zich ophopen.
De maag zet steeds meer uit en neemt zoveel ruimte in de buik in dat het de vaten samendrukt die het bloed terug naar het hart brengen. Dit leidt tot een shocktoestand die het leven van de hond in gevaar brengt en dringende behandeling vereist.
Honden van grote en zeer grote rassen (Duitse dog, Sint-Bernard, Labrador Retriever, Ierse setter, Berner sennenhond, Duitse herder, Rottweiler…) zijn vatbaar voor dit syndroom, ook al kunnen alle honden ermee te maken krijgen, ook die van kleinere rassen. Er zijn verschillende risicofactoren geïdentificeerd: een diepe borstkas, slechts één grote maaltijd per dag eten, gevorderde leeftijd, vetrijke of slecht verteerbare voeding, maagmotiliteitsstoornissen, angst en stress, fysieke inspanning na het nuttigen van een maaltijd…
De hond probeert te braken, maar er komt niets uit. We hebben het over onproductief braken. De hond kan ook last hebben van overmatige speekselvloed, een opgezwollen buik, neerslachtigheid, ongemak (de hond weet geen blijf met zichzelf en kan niet stilzitten), zwakte…
In de meest ernstige gevallen kan de hond niet meer opstaan, ademt hij snel en heeft hij bleke slijmvliezen. Er moet snel worden ingegrepen, anders leidt dit syndroom tot de dood van de hond.
Bij de klinische presentatie van een grote hond die onproductieve braakpogingen doet en een duidelijk opgezwollen buik heeft, kan men snel dit syndroom vermoeden. Abdominale röntgenfoto’s waarop een sterk uitgezette en abnormaal gepositioneerde maag wordt waargenomen, kunnen dit bevestigen.
Zodra de hond in de kliniek aankomt, wordt hij verzorgd om zijn toestand te stabiliseren. Dat gebeurt voornamelijk door de toediening van een intraveneus infuus (toediening van vloeistoffen rechtstreeks in de vaten) en decompressie van de maag via een buisje dat door de huid in de maag wordt ingebracht om de lucht die zich in de maag heeft opgehoopt, te evacueren.
Zodra de toestand van het dier weer stabiel is, wordt een operatie uitgevoerd om de maag terug naar de correcte positie te draaien. Tijdens deze ingreep wordt de maag vastgehecht, dat wil zeggen met chirurgische hechtingen aan de binnenwand van de buik vastgemaakt om te voorkomen dat dilatatie-torsie nog zou optreden. Soms heeft een deel van de maagwand te veel geleden, vertoont deze necrose en is verwijdering noodzakelijk (gastrectomie). Als de milt samen met de maag een draaiing maakt, moet deze ook worden verwijderd (splenectomie).
Als de hond snel wordt verzorgd, is de prognose goed. Als jammer genoeg een te groot deel van de maag heeft geleden of de shocktoestand niet kan worden gestabiliseerd, kunnen sommige honden voor, tijdens of na de operatie sterven.
Bij risicorassen kan preventief gastropexie worden uitgevoerd, een operatie waarbij de maag aan het inwendige deel van de buikholte wordt vastgemaakt.
Dokter Emilie Vangrinsven
Diplomaat van European College of Veterinaire Interne Geneeskunde | PhD U-Liège
Assistente aan de Universiteit van Luik in de huisdierenkliniek | Auteur en coauteur van talrijke wetenschappelijke artikelen.